Binnenwaarde
Met de “binnenwaarde” wordt het geluidsniveau binnen de geluidsgevoelige ruimten van een woning bedoeld. In het Activiteitenbesluit milieubeheer is wel een norm voor de geluidsbelasting op de gevel gesteld, maar niet voor de binnenwaarde. In de Wet milieubeheer geldt voor de geluidsbelasting door weg- en railverkeer een maximale binnenwaarde van 36 dB. Wanneer deze waarde wordt overschreden, moet de binnenwaarde teruggebracht worden tot 3 dB onder de maximale binnenwaarde.
Deze geluidnormen zijn gebaseerd op zogenaamde dosis-effectrelaties. Met dosis-effectrelaties wordt aangegeven welke mate van blootstelling (geluidsbelasting), met welke mate van effect (in dit geval geluidhinder) gepaard gaat. Deze zien er voor windturbines anders uit dan voor weg- en railverkeer, blijkt uit onderzoek. De geluidhinder bij windturbines begint bij een lager geluidniveau en stijgt daarna sneller.
Op basis hiervan is voor windturbinelawaai een lagere norm voor de binnenwaarde gekozen dan voor wegverkeerslawaai. De maximale binnenwaarde voor windturbinelawaai is vastgesteld op 30 dB. Bij overschrijding van deze waarde moet de geluidsbelasting binnen de woning minimaal teruggebracht worden tot deze waarde worden teruggebracht. Om echter te voorkomen dat gevels worden aangepast voor slechts een geringe verbetering, geldt ook dat wanneer maatregelen nodig zijn, deze een effect moeten hebben van minimaal 3 dB.
De geluidsbelasting in de woning wordt berekend op basis van de geluidsbelasting op de gevel de bepaling van de hoeveelheid geluid die de gevel tegenhoudt (de geluidwering) op basis van de rekenmethode van hoofdstuk 6 van het Reken- en meetvoorschrift geluid 2012 (Rmg2012). De geluidwering van een gevel wordt in principe berekend, maar wanneer een berekening niet mogelijk is, bijvoorbeeld als er onduidelijkheid is over de in de gevel toegepaste materialen, kan een meting van de geluidwering van de gevel worden uitgevoerd, eveneens op basis van hoofdstuk 6 van het Rmg2012.
Een belangrijke onderdeel voor het tegenhouden van geluid is massa. Zo heeft bijvoorbeeld een muur van baksteen al veel massa en zal door deze eigenschap ruim voldoende geluidwerend zijn. De kritieke delen in de gevel zijn de lichte gevelelementen zoals bijvoorbeeld kozijnen, ramen, deuren, houten gevelelementen en hellende daken. Tijdens de opname van de woning in de bestaande situatie zullen deze onderdelen dan ook zeer zorgvuldig onderzocht worden.
De tekst van de “Beleidsregels tegemoetkoming geluidsanering windturbines” kunt u hier vinden.